PUMA treedt fel op tegen verkoop namaakartikelen

PUMA treedt fel op tegen verkoop namaakartikelen

PUMA investeert veel tijd en geld in het ontwikkelen en beschermen van haar merken. Specifiek wordt er veel aandacht besteed aan het optreden tegen de handel in namaakartikelen. Dat PUMA de bescherming van haar merk serieus neemt, hebben een man en vrouw uit Venlo ervaren, zo blijkt uit een uitspraak van de Rechtbank Amsterdam van 20 juli 2022 (ECL:NL:RBAMS:2022:4333). 

Verkoop imitatie PUMA artikelen

De man en de vrouw verkochten via Facebook Marketplace diverse PUMA producten voor een ‘aantrekkelijke prijs’. Kennelijk is PUMA deze advertenties op het spoor gekomen en heeft zij een drietal proefaankopen laten doen: een (1) trainingspak en twee (2) paar schoenen, verdeeld over drie (3) bestellingen. De goederen zijn door de man en de vrouw aan de kopers (die in opdracht van PUMA handelden) geleverd. De betaling werd gedaan door middel van een betaalverzoek. Opvallend daarbij was dat de omschrijving van de transactie geen betrekking had op het product dat werd verkocht. Ze werd in de omschrijving opgenomen: “pizza”, “lunch” en “drankjes”.

Puma heeft de schoenen en het trainingspak laten onderzoeken en is tot de conclusie gekomen dat die artikelen niet door haar of door een partner zijn geproduceerd en verkocht. De artikelen zijn dus zonder toestemming of instemming van PUMA binnen de EEG verkocht en geleverd. Dit laatste is belangrijk omdat een merkhouder zich niet kan verzetten tegen goederen die met haar toestemming zijn verkocht binnen de EEG (uitputting). Het opnieuw verkopen of doorverkopen van goederen met het merk PUMA is dus toegestaan. 

Merkinbreuk op het merk PUMA

In dit geval constateerde PUMA dat de producten niet van haar afkomstig waren maar dat toch het merkteken van PUMA werd gebruikt. Hiermee is er sprake van een merkinbreuk. Het gebruik van het merkteken PUMA voor gelijke of gelijksoortige producten als waarvoor het merk is geregistreerd, is namelijk verboden als de merkhouder – PUMA in dit geval – daar geen toestemming voor heeft gegeven. 

Het verweer van de man en de vrouw

In de procedure bij de rechtbank voeren de man en vrouw aan dat zij slechts een paar producten hebben gekocht in Turkije en dat die producten tegen zouden vallen. Daarom werden die producten verkocht via Facebook Marketplace. Er zou geen sprake zijn van een levendige handel. PUMA betwist dat het slechts om enkele producten gaat en wijst er op dat de producten in diverse kleuren en maten werden aangeboden. Voor de inbreuk op het merkrecht maakt het allemaal niet uit: de man en de vrouw hebben immers erkend dat zij de artikelen hebben verkocht en gebleken is dat deze artikelen niet afkomstig zijn van PUMA of een partner van PUMA. Daarmee staat de merkinbreuk vast.

PUMA vordert bij de rechtbank een verbod op het verkopen van de imitatie artikelen, een opgave van de voorraad en gegevens over de producent en herkomst van de artikelen. Omdat de merkinbreuk vaststaat, wijst de rechter die vorderingen toe, op straffe van een dwangsom.

PUMA had in eerste instantie ook een schadevergoeding van € 7.500,00 gevorderd. Daar ziet PUMA echter vanaf. De reden waarom staat niet in het vonnis vermeld, mogelijk om het feit dat de man en de vrouw rond moeten komen van een bijstandsuitkering en hebben aangegeven spijt te hebben van het doorverkopen van de neppe artikelen. 

Tot slot veroordeelt de rechtbank de man en de vrouw in de proceskosten. Daarmee komen zij goed weg. In procedures waarbij het gaat om een inbreuk op een merkrecht, wordt in de regel een volledige proceskostenveroordeling uitgesproken, aan de hand van een staffel die is gebaseerd op de complexiteit van de zaak. Deze bedragen liggen velen malen hoger dan de reguliere proceskostenveroordelingen. De rechtbank deelt deze zaak in, in de categorie ‘zeer eenvoudig’. De hoogte van de proceskosten is daarmee bijna gelijk aan de reguliere proceskostenveroordeling. 

Opletten dus!

De schrik zal er ongetwijfeld goed in zitten bij de man en de vrouw. Hoe dan ook, ze komen er toch redelijk mee weg. Deze kwestie laat zien dat je goed moet opletten bij het kopen en verkopen van merkproducten, en je onbewust of ongewild inbreukmakende producten kunt verkopen, waartegen merkhouders krachtig optreden. 

« Terug naar het overzicht

© 2025 - Alle rechten voorbehouden - Vallei Advocaten & Mediators